zeven dagen per week open

Menu
Ticket online
Web winkel
Web winkel

Interview met Michelle Piergoelam
door Kim Knoppers

 

Michelle Piergoelam (1997, Rotterdam) vertelt visuele verhalen van hoop en veerkracht geïnspireerd door mythen, dromen en herinneringen. In haar tentoonstelling The Untangled Tales belicht ze inheemse verhalen uit Suriname, waarmee ze aandacht vraagt voor onderbelichte geschiedenissen. Piergoelam toont hoe mondelinge overleveringen en tradities, van Afrika tot Suriname, generaties lang werden doorgegeven en tot slaafgemaakten hielpen hun gedachten te delen zonder dat slavenhouders dit doorhadden. Kim Knoppers, gastcurator van de reeks Laat Los en Koester waar deze tentoonstelling deel van uitmaakt, sprak uitgebreid met Michelle Piergoelam over haar fascinatie voor culturele verhalen en mythen, het nieuwste deel Fourteen Leaves and a Cup of Water van haar project The Untangled Tales, en het werk dat zij maakte naar aanleiding van de tabaksvulmachine (1762) van de Haarlemse tabakshandel de Gouden Kroon uit de collectie van het museum.

Foto: Nina Schollaardt

 

Michelle Piergoelam: ‘Toen ik tijdens het tweede jaar van de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag op een field trip naar Servië ging, waren we vrij een onderwerp te kiezen en te verbeelden. Ik kwam al snel uit op sprookjes en mythes en stuitte op een Servische versie van Assepoester. Dit verhaal heeft dezelfde hoofdlijnen als de Nederlandse versie, maar er zitten ook culturele elementen in die horen bij Servië en de bewoners. Terug in Nederland bedacht ik dat ik zelf ook uit een cultuur kom waar ik helemaal niets van weet.’

‘Ik ben Surinaams-Hindoestaans maar wist niets van de Surinaamse cultuur. Mijn ouders zijn op jonge leeftijd met de onafhankelijkheid (1975) naar Nederland gekomen. Thuis spraken ze niet over hun afkomst. Ik wist van mijn Surinaamse roots en dat ik een andere huidskleur heb, maar het bleef op de achtergrond. Ik heb in 2019 naar aanleiding van een Surinaams sprookje de serie I Heard Water Holds a Secret, gemaakt. Het verhaal ging over een meisje dat stiekem naar het water ging, ondanks het verbod van haar ouders. Daar ontmoette ze een watergeest die haar meenam, waarna ze een zeemeermin werd. In werkelijkheid: ze verdronk. Mijn eigen verdrinkingservaring raakte me en deed me beseffen dat sprookjes vaak op waarheid berusten. Dit vergrootte mijn interesse in mythen.’

‘Voor mijn afstuderen verdiepte ik mij in de spin Anansi, bekend bij Surinamers maar ik wist er niets van. Er bleek een relatie met de slavernij, waar de verhalen over de spin Anansi werden gebruikt als codetaal. Hieruit is het eerste deel van The Untangled Tales ontstaan: sprookjes, Surinaamse cultuur, en het besef dat er zoveel meer achter die verhalen zit. Tegelijk bezocht ik een tentoonstelling over Surinaamse traditionele kleding, waaronder de koto en angisa, en De Grote Suriname Tentoonstelling (2019) in De Nieuwe Kerk. Daardoor kwam ik in contact met experts zoals Anansi-kenner Wijnand Stomp en koto & angisa-expert Jane Stjeward-Schubert.’

‘Het tweede deel van The Untangled Tales, Songs in a Strange Land, richt zich op de werkliederen die tot slaafgemaakten zongen tijdens hun zware werk. Op het ritme van roeispanen wisselden ze via deze liederen boodschappen uit, onopgemerkt door de slavenhouders. De teksten weerspiegelden hun leven in slavernij en het wangedrag van plantagehouders. De eerste twee delen maakte ik in Nederland, dichtbij huis in Rotterdam, maar voor het derde deel, Fourteen Leaves and a Cup of Water, wilde ik naar Suriname met mijn familie.’

‘In Fourteen Leaves and a Cup of Water richt ik me op de planten die tot slaafgemaakten en inheemse volkeren gebruikten tijdens en na de slavernij in de achttiende eeuw. Met een gids trok ik de binnenlanden van Suriname in, onder andere naar Para, een gebied dat vroeger vol plantages stond. Sjamaan Amasina Oedemmaloe leerde me over het herstel van het bos na de plantages. Hij hielp me bij het vinden van planten, waaronder tabak, en ik legde het stille, betekenisvolle moment vast terwijl hij schors verzamelde voor zijn medicijnen.’

‘Toen we op pad waren zei mijn gids: “Jij kijkt en ik zie.” Dat is niet alleen op mij van toepassing, maar ik denk ook voor mensen die The Untangled Tales bekijken. Het begint met kijken en daarna met het doorgronden van wat onder de oppervlakte ligt verscholen.’

‘Ik word vaak gevraagd of ik een activist ben en of ik met mijn werk een beweging wil aansturen, maar zo zie ik mezelf niet. De beelden die ik maak verleiden door hun esthetiek, maar bevatten meerdere lagen die uitnodigen tot reflectie of verdere ontdekking. Een beeld dat direct en confronterend verwijst naar slavernij kan mensen afschrikken door de pijn, confrontatie of schaamte. Daarom creëer ik sferische beelden en speel ik met de illusie van de camera om dit te benaderen. Met The Untangled Tales laat ik het koloniale verleden zien vanuit het perspectief van tot slaafgemaakten. Het gaat niet alleen om leed, maar om de kracht en hoop die in culturele uitingen besloten ligt.’

‘Geïnspireerd door de tabaksvulmachine (1762) van de Haarlemse tabakshandel De Gouden Kroon, uit de collectie van het museum, ging ik op zoek naar de tabaksplant in Suriname en haar betekenis voor de inheemse bevolking, in plaats van voor de kolonisator. Een belangrijke bron was het dagboek van de Zweedse botanicus Daniel Rolander, die in de achttiende eeuw Suriname bezocht. Hij beschreef hoe inheemsen hun plantenkennis deelden met ontsnapte tot slaafgemaakten. Tabaksplanten werden gebruikt in rituelen en als medicijn. Ik wilde deze kennis verder onderzoeken met hulp van mijn gidsen en de sjamaan.’

‘Voor elk project zoek ik samenwerkingspartners die hun kennis willen delen, waardoor mijn werk betekenis krijgt door bestaande verhalen en onderbelichte culturen. Als tegenprestatie probeer ik iets terug te geven. Samen met Jane Stjeward-Schubert en Ella Broek richtte ik de stichting Tailors & Wearers op, die Afro-Surinaamse klederdracht onderzoekt vanuit ambacht, antropologie en fotografie. Ook hoop ik bij te dragen aan het vastleggen van orale kennis, zoals plantenkennis.